Ik ben een typisch meisje. Eentje die de hele dag shopt en op hakken loopt. Het liefst torenhoog. Zo ben ik altijd al geweest. Ik speelde vroeger vooral met mijn hartsvriendinnen. We giechelden samen heel wat af, experimenteerden met make-up en vertelden elkaar onze diepste geheimen. De tijd dat ik enkel met meiden omging, ligt ver achter me. Ik zie er misschien uit als een running Barbie, maar voel me steeds meer een tomboy. Al draag ik nog fier mijn roze rokje, ik ren dit jaar vooral met mannen.
Trainen met een groep kerels verbreedt mijn horizon. Ik kan het alle hardlopende dames aanraden. Je wordt er niet alleen sneller van, maar gaat ook anders over dingen denken. Vrouwen moeten aan zo veel verwachtingen voldoen. Een goede moeder zijn, een leuke echtgenote, een lieve dochter. De perfecte werknemer, de tofste vriendin. Als je dat allemaal voor elkaar moet boksen. Daar pas ik voor.
Op dinsdag en zondag ben ik gelukkig gewoon one of the guys. Tijdens het trainen praten we over van alles. Hardlopen is een uniseks sport, maar de gespreksstof niet. Geen verhalen over gelakte nagels en menstruatiepijn. De mannen praten over de nieuwste hardloopschoenen, bier drinken of wie die week de meeste kilometers heeft gemaakt. Uiteraard houden ze van een smeuïge roddel, maar het zijn nooit stoten onder de gordel. Vaak is het ook gewoon slap geouwehoer. De testosteron regeert. Die recht-toe-recht-aan praat kan ik juist waarderen.
Het bevalt me dus prima om te rennen met het andere geslacht. Ik vind het eigenlijk wel verfrissend. Lekker sparren en ‘interknallen’ op de weg. Ken je dat zelfvertrouwen dat kinderen hebben? Zonder angst handelen, niet bezig zijn met de verschillen tussen jongens en meisjes en nog niet weten hoe je je buik moet inhouden. Zo voel ik me als ik twee keer per week met ‘mijn mannen’ train. Daar kan ik echt mezelf zijn. Geen gezeur, gewoon rennen. Do it like a dude!

Van die nuchtere mannelijke blik op de wereld leer ik veel. Het geeft een geheel andere dimensie aan mijn eigen leven. Tuurlijk, ook de heren hebben hun onzekerheden en angsten. Het verbaast mij overigens niet dat zij vaak meer verdienen en sneller rennen. Vrouwen denken, mannen doen. Waar wij aan alles twijfelen, lullen zij zich overal doorheen. Waarom niet solliciteren op die topfunctie? Ik ben het toch waard, vinden ze zelf. Met hardlopen redeneren zij vooral in mogelijkheden. Ik heb nog nooit een man horen zeggen dat hij iets niet kan.
Een van mijn loopmatties vertelde onlangs dat rennen voor veel kerels een echte uitlaatklep is. Wanneer een man in een dip zit, loopt hij een rondje. Alles even uit het systeem gooien. Dat is zijn manier van ergens mee dealen. Mijn hardloopvriend slaat ook zelden een training over. Een verkoudheidje, stortbui of overbelaste benen weerhouden hem niet om te gaan. ‘Niet zeuren, maar gas erop’, zegt hij altijd. Daar ben ik het helemaal mee eens. Minder klagen, meer bluffen. Mijn nieuwe motto is dan ook: Some girls chase boys….I pass them.